fbpx

Interview over het WNF rapport 'Naturopathy: Practice, Effectiveness, Economics & Safety

HVNA > Blog > Interview over het WNF rapport ‘Naturopathy: Practice, Effectiveness, Economics & Safety

Interview over het WNF rapport ‘Naturopathy: Practice, Effectiveness, Economics & Safety

  • Geplaatst door: Mandy

Interview door Muriël Wagenmans met Mark van der Galiën over het WNF rapport ‘Naturopathy: Practice, Effectiveness, Economics & Safety.’

Vraag: Wat is je algemene bevinding over het naslagwerk van de onderzoeken die al gepubliceerd zijn over natuurgeneeskunde?

MvdG: Het is waardevol om een inzicht te krijgen in het woud van onderzoeken. Mijn nieuwsgierigheid wordt hier enorm door geprikkeld. Wat is er al bekend uit onderzoek? Het geeft een stuk meer zekerheid in de therapieën die je kiest. Het is ook gemakkelijk om vanuit het overzicht in dit rapport een bepaald onderzoek van je interesse op te gaan zoeken op PubMed. Daarmee is wetenschap een stuk laagdrempeliger geworden en dat is natuurlijk altijd goed.
Het is helaas zo dat veel kruidenboeken elkaar napraten. Met dit rapport wordt er een nieuwe laag toegevoegd aan de kennis over bepaalde kruiden en aan de manier waarop je naar kruiden kunt kijken. Dan kan je kijken of de veronderstellingen die worden gedaan ook echt waar zijn.
Mij levert het al oppervlakkig doorlezend allerlei nieuwe inzichten op. Ik wist bijvoorbeeld niet dat er al zoveel onderzoek is gedaan naar de effecten van mind-body therapie, ook in combinatie met fytotherapeutische middelen. Je leest in het rapport allerlei nieuw onderzoek en je legt sneller (holistische) dwarsverbanden.
Of je nu meer of minder gericht bent op wetenschappelijk onderzoek, het rapport biedt bovenal meer stevigheid voor het werkveld. En als yogadocent ben ik aangenaam verrast dat ook yoga wordt gezien als een natuurgeneeskundige therapie.

Vraag: Zijn je ook bepaalde onderzoeken opgevallen?
MvdG: Bij minder voor de hand liggende aandoeningen als borstkanker, angststoornissen bij kinderen en fibromyalgie is er ook wetenschappelijk bewijs gevonden voor de natuurgeneeskundige behandeling. Dat is heel fijn, omdat het extra ondergrond geeft in de keuze van bijvoorbeeld fytotherapie en mind-body therapie. Ik stuitte ook nog op een onderzoek gepubliceerd waarbij het effect van cupping is onderzocht op pijnklachten bij fibromyalgie.
Wat mij ook opviel omdat ik het zo leuk vond om te lezen was een onderzoek naar pijnreductie bij osteoartritis van de knie, waarbij pakkingen met koolbladen (een heel oud middel!) net zo effectief bleek als een reguliere behandeling met ontstekingsremmende gel. Het is dan toch wel een verschil dat je ook kan zeggen dat het wetenschappelijk is onderbouwd!

Vraag: Wat kun je zeggen over het onderzoek naar voeding en fytotherapie?
MvdG: Er is erg veel gepubliceerd onderzoek naar voedingssupplementen en helaas (nog) niet naar voedingspatronen. Dat zou nog een waardevolle aanvulling zijn.
Ik ben ook op een interessant fytotherapeutisch onderzoek naar het effect van paardenkastanje (Aesculus hippocastanum) op beenzweren gestuit. Het zorgt onder andere voor vermindering van necrotisch weefsel en was daarmee effectief.
Helaas zijn er nog wel veel publicaties over fytotherapeutische complexmiddelen. Waarschijnlijk door fabrikanten van die middelen. Het zou waardevol zijn wanneer er meer onderzoek komt naar de enkelvoudige fytotherapeutische middelen.

Vraag: Mis je nog bepaalde zaken in het rapport?
MvdG: Het rapport omvat de meeste natuurgeneeskundige therapieën, maar er missen er nog wel paar. Denk bijvoorbeeld aan Bach-bloesem therapie, lichaamsgericht werk, energetische therapie en aromatherapie. Dit zijn therapieën die in Nederland door natuurgeneeskundigen ook veel toegepast worden. Het zou kunnen dat deze therapieën niet direct beschouwd worden als natuurgeneeskundige therapieën in de meer traditionele zin.

Vraag: HVNA-Opleidingen onderscheid zich door het toepassen van wetenschappelijke kennis in de lessen zodat studenten dit ook makkelijk leren toepassen in hun praktijk. Hoe pas jij de informatie uit dit rapport toe in je lessen aan de HVNA?
MvdG: Dit rapport biedt vele nieuwe mogelijkheden om studenten te prikkelen ook meer naar de wetenschappelijke kant te kijken van therapieën en middelen.
Het zou bijvoorbeeld leuk zijn om de studenten te vragen een bepaald kruid naar keuze uit te werken en daarin mee te laten nemen welk onderzoek er naar gedaan is. En dat als uitgangspunt te nemen voor het verder uitwerken van dat kruid. Dat geeft dan extra diepgang. En voor de toekomst zou het helemaal mooi zijn als het studenten ook gaat prikkelen om zelf onderzoek te doen en dat bijvoorbeeld te verwerken in een scriptie of zelfs te gaan werken als onderzoeker!

Vraag: Hoe was het om deze review (op mijn verzoek) te gaan schrijven?
MvdG: Eerst dacht ik: dit is helemaal niets voor mij. Toch besloot ik de uitdaging gaan te nemen om te kijken wat het me zou brengen. Gaandeweg werd ik steeds meer geprikkeld in m’n enthousiasme. Ik begon de waarde en reikwijdte van het rapport in te zien en het schrijfproces werd daarmee steeds leuker!

Over de auteurs:
Mark van der Galiën is werkzaam als opleidingscoördinator, docent voeding en fytotherapie bij HVNA- opleidingen en docent natuurvoeding bij Sonnevelt Opleidingen. Daarnaast is hij parttime hatha/yin yogadocent, leefstijltherapeut en enthousiast beoefenaar van een gezonde leefstijl. www.markvandergalien.nl
Muriël Wagenmans is klassiek homeopaat en directrice van HVNA-Opleidingen. Zij is medisch wetenschappelijk opgeleid in de moleculaire biologie.

Het gehele rapport is hier te downloaden.